zondag 4 november 2007
Het genot van dubbelzijdig klevend band
En zo kon het gebeuren dat ik vandaag maar liefst drie taken uit de categorie 'huis' tot uitvoering bracht. De klassen 'zakelijk' en 'bellen/mailen' liet ik voor wat ze waren. Het is tenslotte weekend. Dus ruimde ik de halkast op. Ook zoomde ik eindelijk de gordijnen in de huiskamer, die al een tijd te lang hingen te zijn, eens om.
In het begin werd ik nog besprongen door opstandige gedachten. Waarom sta ik dubbelzijdig klevend band in gordijnzomen te strijken, terwijl ik ook een goed boek zou kunnen lezen - of schrijven? Lezen en schrijven ervaar ik altijd als zinvol. Strijken doe ik daarentegen zo weinig dat ik speciaal voor mijn gordijnen een stoombout moest gaan kopen.
Maar na de vertrouwde eerste wanhoop (dit gaat helemaal fout) en het nogmaals lezen van de gebruiksaanwijzing (o, wacht, je moet persen met een natte lap), merkte ik dat het beter ging als ik gewoon deed wat er op de verpakking stond (dus ze kunnen tegenwoordig best lijm maken die houdt, en ik ben zelf de eikel), en ontwikkelde ik zelfs een gordijnomzoomroutine. Toen anderhalf uur later de gordijnen mooi afhingen, in plaats van op de vloer te dweilen, voelde ik mij net zo tevreden als na zestig bladzijden Martin Amis of anderhalf kantje Pauline Slot.
Dat gaf al te denken. Het werd nog verontrustender toen ik dekbedden en slaapzakken ging opbergen in van die coole vacuumzakken, die ik laatst in een opwelling bij Ikea kocht. (De Zweedse economie draait op dat soort impulsen, want je komt naar Ikea voor een opzetstuk voor je Billy boekenkast en gaat er weg met ook nog een handige beslagkom, een nieuw hoofdkussen en eindelijk eens handdoeken die passen bij de badkamertegels - en daar dan meteen maar zes van - en als we nu toch bezig zijn: ton-sur-ton-theedoeken zijn ook leuk). Wat was er dan zo ontregelend? Ach, het kwam allemaal door het vacuumzuigen.
Je stopt de opgebolde, opgeflufte dekbedden in een enorme plastic zak. Tot zover is het nog vertrouwd: zo'n zelfde zak probeer ik immers altijd in een te kleine kast te proppen. Dan duw je over de hele breedte de sluiting dicht; een secuur werkje, waarvan je je op dat moment nog afvraagt of het wel de moeite waard is. Maar die twijfel is snel verdwenen als je de stofzuiger op de speciale opening zet. Het wonder voltrekt zich: alle lucht wordt eruit gezogen, dekbedden worden teruggebracht tot hun essentie. Je eindigt met een bobbelig, plat pakket, dat zich met gemak achter in een kast laat schuiven - terwijl ik vanochtend nog overwoog om een verdieping op mijn huis te laten zetten.
Het was op dat moment dat ik mij begon af te vragen of lezen en schrijven wel zoveel zinvoller zijn dan de taken die vallen onder 'huis'. Let's face it: je kunt er net zozeer door in een flow geraken, je bent zeker zo tevreden als het af is, en er zijn zelfs vervullende esthetische ervaringen mee op te doen. Zoals kijken naar gordijnen die opeens geraffineerd net boven de vloer blijven hangen, met ongeknakte plooien, en bevoelen van het gebeeldhouwde, glanzende vacuumpakket met beddegoed. Opeens wist ik niet meer waarom een mens nog zou lezen en schrijven.
In 'What good are the arts?' becommentarieert John Carey in zijn nawoord de felle reacties op zijn boek. Maar, zegt hij, er waren ook mensen die zijn relativerende visie op kunst goed begrepen. Uiteindelijk is niets voor de eeuwigheid, wat kunstenaars zichzelf ook wijsmaken. Een geschrobde gootsteen en 'Ulysses': ze zijn evenzeer gedoemd verzwolgen te worden door onze zon, als die een supernova wordt.
Sommige mensen bleken zich na het lezen van Carey's boek zelfs bevrijd voelden van de last om Tracey Emin's onopgemaakte bed te moeten bekijken en - nog erger - waarderen. 'I especially remember one lady who cornered me at the Hay-on-Wye Festival. She quite liked art, she said, but what she really liked was gardening, and she thought it - here she looked round nervously and lowered her voice - 'more philosophical, well, than art''. En de vrouw citeert twee regels Wordsworth: 'To me the meanest flower that blows can give/ thoughts that do often lie too deeps for tears.'
Vandaag leken taken uit de categorieen 'huis' en 'kunst' evenveel voldoening te kunnen geven. Misschien is een aandachtig proces belangrijker dan tot welke categorie de taak behoort, dacht ik. Misschien maakt het niet uit wat je doet, zolang het orde schept, in je hoofd, of om je heen. Het is alleen wel verdacht dat ik dit nu weer zit op te schrijven. En ook de vrouw die meer van tuinieren hield dan van kunst, gebruikte dichtregels van Wordsworth om uit te drukken waarom dat zo was. Alles heeft twee kanten. Net als dubbelzijdig klevend band.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
7 opmerkingen:
Mijn dierbare vriend Adriaan Morrien kende geen bevredigender activiteit dan afwassen. Daarbij leunde hij met z'n voorhoofd tegen het kastje boven de gootsteen en verloor hij zichzelf in heerlijke overpeinzingen. Afwassen was de activilteit bij uitstek waarbij hij instant bevrediging ervoer. Terwijl schrijven pas op de lange termijn iets oplevert. If ever...
Ja, Marina, en daarom heb jij die nieuwe vaatwasser, droger en wasmachine ook helemaal niet nodig! Maar wel schrijven hoor!
Het is zoals je beschrijft. Althans voor mij dan. Een enorme rotzooi opruimen, een vieze keuken schoonmaken, ouwe planten wegmikken, een nieuw handigheidje uitproberen (dat dan ook nog lukt) en vooral de zaken weer eens 'op ree' hebben, zoals mijn moeder altijd zei. Het schijnt ook te maken te hebben met behoefte aan ordening in je hoofd. Er zijn mensen die prima kunnen leven in een chaos, maar het zijn vaak niet de meest georganiseerde qua denken, is mijn ervaring ;-)
Mooi stukje. (Daar gaat mijn hoofd van zoemen.) En ik dacht: misschien krijg je andere antwoorden als je een week lang of langer gordijnen strijkt en dekbedden vacuum zuigt. En als je dat vergelijkt met een week waarin je boeken leest en schrijft.
Even getwijfeld of ik als huisman wel gepast kan reageren of dat dit inbreuk is op een conversatie van creatieve dames.
Pauline, als die dekbedden van jou, die nu als een pokdalige tosti achter in de kast liggen, een donzen vulling hebben haal ze dan als de wiedeweerga uit de kast. Geef ze weer lucht en ruimte. Dat is wat ze nodig hebben. Tenminste als je wilt dat ze lang meegaan.
oh ja, ik was ook af met mijn voorhoofd tegen de keukenkastjes.
Ja, Wieneke, de zaken onder controle hebben is prettig. Mijn theorie is dat mensen die veel rommel om zich heen hebben voortdurend energie moeten steken in het zich daar niet aan storen, maar eigenlijk ook lijden aan de chaos. Maar hoe zit het dan met slordige denkers?
Flop, ik ken een boek waarin wordt aanbevolen om, eens een week niet te lezen en schrijven. Om te zien wat je dan gaat doen. Het is een interessante experiment, dat ik nog wel eens wil proberen.
O jee, Rob, wat moet ik nu? Want de inhoud van de vacuumzakken is als volgt: twee stokoude slaapzakken waar ooit dons in heeft gezeten, die ik nog net niet weg wilde gooien, een oud donzen dekbed dat ik niet meer verwacht te gebruiken maar idem, en twee dekbedden die gevuld zijn met een 'man made fiber' - wat zoiets is als 'non dairy creamer' - die ik nog wel wil gebruiken. Graag de opinie van een huisman hierover!
Geen idee, ik ken geen slordige denkers, geloof ik. Wel een vriendin die continue haar leesbril kwijt is en uren doorbrengt met dat ding te zoeken. Ik weet dat een beetje overzicht houden door af en toe op te ruimen niet echt slecht werkt. En dan ben je heus nog geen control freak, toch? :-)
Een reactie posten