maandag 17 september 2007

Melkschuim is ook kunst


Hoe ouder ik word, hoe minder ik de behoefte voel om bezienswaardigheden te bezoeken, in vreemde steden. Liever loop ik rond en laat op mij afkomen wat ik nader. Vanmiddag wandelden we over het Museum Insel in Berlijn, een soort nep-Acropolis. Hilarische hoeveelheden zuilen. Daarachter zalen vol kunst, naar het schijnt. Nergens naar binnen geweest.

Daarentegen wel uitgebreid in drie horecagelegenheden gezeten: een terras aan de Spree, met een ouderwets liefdeloos gemaakte salade van ijsbergsla met een blikje tonijn daarop uitgestort, de koffietent Einstein in de Friedrichstrasse, met wireless internet, loungebanken, uitstekende cappuccino en werkelijk uitmuntende 'tarte' (niet te verwarren met 'torte'!), het levende bewijs dat er vooruitgang is, en een charmante binnentuin achter een hip restaurant, waar ze gezond en lekker eten serveerden, en waar het goed zitten was op tuinbanken met kussens.

Nu had ik mij natuurlijk schuldig kunnen voelen, maar gelukkig las ik vandaag ook in 'What good are the arts?', van John Carey (uit de bibliotheek van DaPiet, maar alleen maar omdat hij dat boek in Londen eerder spotte dan ik). Kunst is alles wat wie dan ook als kunst beschouwt, want andere criteria zijn er niet te geven. Het verschil tussen hoge en lage kunst is er alleen om de liefhebbers van zogenoemde hoge kunst een egoboost te geven. En mensen zijn evolutionair geprogrammeerd om hun omgeving te decoreren. Aldus Carey.

Alles lijkt zijn gelijk te bevestigen: de melkschuimlaag van de cappuccino bij Einstein was voorzien van een subtiel bladmotief, iets wat toch echt niet hoeft, en de taart was versierd met kersen, wat ook geen levensvoorwaarde is. De eigentijdse Thai gisteravond leverde nog extra bewijs, want de gerechten werden geserveerd met een heus stilleven van gebeeldhouwde groente. Nee, niet opeten, zei ik tegen mijn tafelgenoot, die graag zijn door Albert Heijn voorgeschreven twee ons groenten binnenkrijgt. Dit was duidelijk kunst. Soms is die om op te eten, soms ook niet.

Onze hardware is ingericht op de steentijd. Onze wereld past allang niet meer bij hoe wij zijn. Dus zoeken we, zegt Carey - deels op gezag van anderen -, op nieuwe manieren naar bevrediging van oude behoeften. Die is voor een deel te vinden in kunst, populair of highbrow. Detectives beantwoorden aan ons jachtinstinct, de overweldigende aandacht voor romantische liefde maakt ons, vereenzaamde groepsdieren die wij zijn, even minder alleen.

Ik ben ook op jacht. De trofee, een boek over Maruca Reyes, is niet van belang, net zoals de oplossing van de moord aan het eind van weer zo'n CSI-aflevering dat niet is. Ik heb geen hoge doelen. Ik wil zoeken en verzamelen, de concentratie en gedrevenheid ervaren die horen bij een missie, een queeste, een reis. Maar welk woord je er ook aan geeft, het is gewoon een drijfjacht. Morgen zal ik David Schidlowsky ontmoeten. Hij stelde voor elkaar te treffen in het hippe Einstein bij Unter den Linden. Waar ze cappuccino serveren met bladmotief in het melkschuim. Happy hunting!

1 opmerking:

Flopke zei

Toch geruststellend: eerst een cappuccino, dan - eventueel - een stukje kunst. (Succes vandaag!)